Polyoma ziekte bij papegaaien en parkieten

Als eigenaar van een papegaai of parkiet wil je natuurlijk het beste voor je gevederde vrienden. Helaas zijn er verschillende ziekten die deze vogels kunnen treffen, waaronder de Polyoma ziekte.

Polyoma is een virusziekte die zich kan voordoen bij alle soorten papegaaien en parkieten en wordt verspreid via diverse manieren, zoals veerstof, huidschilfers, ontlasting en voedsel dat door besmette vogels is uitgebraakt. Vaak kent het vooral bij jonge vogels een dodelijke afloop.

Dit is het korte antwoord, uiteraard is er veel meer over te vertellen. In dit artikel bespreek ik alles wat je moet weten over deze ziekte. Van wat het is en hoe het verspreid wordt, tot de symptomen en behandeling.

Ook ga ik in op de levensverwachting en dragers van Polyoma. Verder bespreken ik hoe je de ziekte kan voorkomen en wat je moet doen als er een uitbraak is. Na het lezen van deze tekst ben je goed op de hoogte van deze ziekte en kan je jouw vogels zo goed mogelijk beschermen.

Wat is Polyoma bij papegaaien en parkieten?

Polyoma is een ziekte die wordt veroorzaakt door het polyomavirus en kan bij alle soorten papegaaien en parkieten voorkomen. De ziekte staat ook bekend onder andere namen, zoals bij grasparkieten: budgerigar fledgling disease (BFD) of kruipersziekte.

Het ziektebeeld bij grasparkieten verloopt duidelijk anders dan bij grotere papegaaiachtigen. De ziekte ontstaat na besmetting via veerstof, huidschilfers, ontlasting en overgegeven voedsel van besmette vogels.

Maar ook via aanraking van besmette materialen kan de ziekte worden overgedragen. Zelfs via het ei kan het virus worden overgedragen, wat het extra lastig maakt om de ziekte te voorkomen.

Symptomen van Polyoma

Als een papegaai of parkiet besmet is met het polyomavirus, dan zijn er verschillende symptomen waar je op moet letten. Vooral jonge vogels die minder dan 6 maanden oud zijn, zijn gevoelig voor de ziekte. De oudere vogels zullen vooral heel erg ziek worden, maar sterven minder snel.

De typische ziekteverschijnselen van Polyoma zijn:

• Vertraagde kroplediging
• Minder eetlust
• Braken
• Gewichtsafname
• Moeilijke ademhaling
• Bloedingen
• Vochtophoping in de buik
• Diarree
• Minder actief
• Ontwikkelen van verlammingsverschijnselen van de poot
• Schudbewegingen (tremoren) van de kop en het lichaam

Levensverwachting bij Polyoma

De tijd tussen besmetting met het virus en de eerste ziekteverschijnselen is ongeveer twee weken. Maar in sommige gevallen kan het ook enkele maanden tot jaren duren. Deze periode noemen we de incubatietijd.

Bij jonge vogels die worden besmet is de levensverwachting vaak minder goed, de meeste sterven dan al binnen enkele dagen tot weken na de besmetting. Soms zelfs een plotse dood, waarbij ze nog geen ziektekenmerken hebben vertoond. De oudere vogels en grasparkieten krijgen meestal last van een chronische vorm van de ziekte. Ze overleven het vaak wel, maar zullen problemen met hun veren blijven behouden. Hun verenkleed zal er slecht uitzien en ze hebben niet de benodigde veren om te kunnen vliegen.

Doordat ze last hebben van de veren zullen deze vogels vaak ook plukgedrag vertonen. Dit kan zowel voor de vogel als voor de eigenaar een frustrerende ervaring zijn. Het is belangrijk om te weten dat dit plukgedrag niet betekent dat de vogel zich verveelt of gestrest is. Het is een reactie op de pijn die wordt veroorzaakt door de veren die niet optimaal groeien.

---

Wil je weten hoe je plukgedrag kan voorkomen en stoppen? Bekijk dan mijn artikel hierover.

---

Dragers van Polyoma

Een ander gevaar van polyoma is dat vogels drager kunnen zijn van het virus zonder zelf ziek te worden. Dit betekent dat de vogel het virus bij zich draagt en kan verspreiden naar andere vogels, zonder zelf ziekteverschijnselen te vertonen.

Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij vogels die zijn geboren uit ouders die besmet waren met het virus, maar zelf niet ziek werden. Deze vogels kunnen het virus bij zich dragen en verspreiden naar andere vogels, zonder dat de eigenaar het doorheeft.

Behandeling van Polyoma bij kromsnavels

Helaas is er op dit moment nog geen medicijn beschikbaar om polyoma te genezen. Behandeling van de ziekte richt zich daarom vooral op het ondersteunen van het immuunsysteem van de vogel. Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door een uitgebalanceerde voeding te geven, aangepast aan de behoeften van de vogel. Ook is het belangrijk om de vogel een schone en hygiënische omgeving te bieden, zodat hij zich kan concentreren op het bestrijden van de ziekte.

Diagnose van Polyoma

De diagnose van Polyoma bij papegaaien en parkieten kan op verschillende manieren worden gesteld. Wanneer een vogel de typische symptomen vertoont van een besmetting met het Polyomavirus, kan een vogelarts verschillende methoden toepassen om te onderzoeken of dit daadwerkelijk het geval is.

PCR test

Een van de methoden die gebruikt kan worden is een PCR-test. Deze test wordt uitgevoerd door een vogelarts en wordt gebruikt om te controleren of er inderdaad virusdeeltjes worden gevonden in het bloed van de vogel.

Een nadeel van de PCR-test is dat deze soms een fout-positieve of fout-negatieve uitslag kan geven. In sommige gevallen blijft het virus namelijk enkel in de cellen en niet in het bloed aanwezig, waardoor een vogel toch negatief kan testen terwijl deze wel besmet is.

Wanneer een vogelarts een bloedonderzoek uitvoert om Polyoma te diagnosticeren, is het belangrijk om het bloed af te nemen via een ader en niet vanuit een teen. Bloedafname vanuit een teen kan namelijk leiden tot besmetting van de vogel via de omgeving, wat absoluut vermeden moet worden.

Antilichamen onderzoeken

Een andere methode om te diagnosticeren of een vogel besmet is met het Polyomavirus, is door te zoeken naar antilichamen in het bloed. Antilichamen zijn eiwitten die door het immuunsysteem worden geproduceerd om ziekteverwekkers, zoals virussen, te bestrijden. Door te zoeken naar antilichamen in het bloed van een vogel, kan worden vastgesteld of deze in contact is gekomen met het virus en dus besmet is.

Polyoma voorkomen bij papegaaien en parkieten

Het voorkomen van polyoma begint met het beperken van de verspreiding van het virus. Het verminderen van de verspreiding van het virus is essentieel om een uitbraak van polyoma te voorkomen en de gezondheid van papegaaien en parkieten te beschermen.

Het belang van quarantaine

Als u meerdere vogels heeft, is het belangrijk om nieuwe vogels eerst in quarantaine gehouden worden om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen.

In deze periode kan de vogelarts de besmette vogels observeren en behandelen indien nodig. Het is ook belangrijk om te controleren of andere vogels in hetzelfde huishouden ook besmet zijn geraakt en indien nodig te behandelen.

Hygiëne is erg belangrijk

Naast het plaatsen van besmette vogels in quarantaine, is het ook belangrijk om preventieve maatregelen te nemen om de verspreiding van het virus te voorkomen. Het is bijvoorbeeld belangrijk om de hygiëne te handhaven door de kooi regelmatig schoon te maken en te desinfecteren.

Daarnaast is het belangrijk om de kooi van de besmette vogel gescheiden te houden van andere vogels en om de besmette vogel niet in contact te laten komen met andere vogels.

Test nieuwe vogels

Een andere preventieve maatregel die kan worden genomen is het testen van nieuwe vogels voordat ze aan de bestaande vogelcollectie worden toegevoegd. Dit kan bijvoorbeeld door middel van een PCR-test, die kan aantonen of een vogel besmet is met het polyomavirus. Door nieuwe vogels te testen voordat ze aan de collectie worden toegevoegd, kan de verspreiding van het virus worden voorkomen.

Conclusie

Polyoma is een gevaarlijke ziekte die bij alle papegaaien en parkieten kan voorkomen. Het virus wordt overgedragen via veerstof, huidschilfers, ontlasting, overgegeven voedsel van besmette vogels en zelfs via het ei. De symptomen variëren van vertraagde kroplediging en verminderde eetlust tot gewichtsafname, moeilijke ademhaling en tremoren van de kop en het lichaam.

Jonge vogels zijn het meest kwetsbaar voor de ziekte en hebben een slechte levensverwachting na besmetting. Oudere vogels en grasparkieten kunnen chronisch ziek worden en problemen met hun veren blijven behouden. Er is momenteel geen medicijn beschikbaar voor een effectieve behandeling van het polyomavirus, dus de behandeling richt zich vooral op het verhogen van de immuniteit.

Preventieve maatregelen, zoals het testen van nieuwe vogels en het handhaven van een goede hygiëne, zijn essentieel om besmetting met het polyomavirus te voorkomen. Als een vogel besmet raakt, moet deze in quarantaine worden geplaatst om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen. Het is belangrijk om de gezondheid van papegaaien en parkieten te waarborgen en te voorkomen dat de ziekte zich verder verspreidt.